Elke werkdag, en op zaterdag, vertrekt een vloot van 23 bestelwagens uit het hoofdkwartier van Dekeyzer-Ossaer in Koekelare. Tussen 5.30 en 6.00 uur zwermen ze uit naar vrijwel alle hoeken van het land.
Hun waardevolle lading: vlees en vegetarische producten. Hun missie: de klant just in time beleveren. Zes dames zijn bij DKO aan de slag als chauffeur, een beroep dat traditioneel als een mannenbastion gezien wordt. Met een lach op het gezicht en het hart op de tong vertelt Leslie Leyman waarom dit haar droomjob is.
De wekker gaat voor Leslie zes dagen op zeven ongenadig af om 3.45 uur. Het holst van de nacht voor de meesten onder ons. Niet onmiddellijk een kenmerk van een droomjob maar dat is het voor Leslie wel degelijk. Want een schijnbaar nadeel is voor haar een voordeel. “Ik doe het met hart en ziel. Dat mijn dagtaak om 5.30 uur begint, dat ik eerst nog een uurtje naar mijn werk moet rijden, dat neem ik er graag bij. De vroege start van mijn werkdag betekent ook dat ik in de vroege namiddag weer thuis ben en mijn tijd kan wijden aan de boerderij. En dat komt mij goed uit. Een dergelijke job heeft vanzelfsprekend een impact op het gezinsleven, maar mijn man moet ook vroeg uit de veren.
Met jonge kinderen die naar de opvang of naar school moeten, valt het wellicht moeilijker te combineren. “Dat klopt: voor een alleenstaande, vrouwelijke collega- chauffeur is de dagelijkse organisatie niet evident. Samen met de directie is naar een oplossing gezorgd, in de vorm van een aangepast uurrooster op halftijdse basis. Zelf vind ik het wel iets hebben, ’s morgens in de stille ochtenduren toekomen. Er valt dan nog weinig beweging te bespeuren. We wensen goedemorgen aan de collega-chauffeurs en een paar mensen van het management die ook om 5.30 uur present tekenen, en schieten in actie.”
Soms staat haar bestelwagen klaar, volledig geladen, en kan ze meteen de baan op. Op andere dagen is ze zelf verantwoordelijk voor het laden. “Dan staan de bakken per klant klaar, mooi voorzien van een label. Die controleer ik aan de hand van het rittenschema en de bestellijst. Soms heb ik een lading van 500 kg mee, op andere dagen lever ik tot 1250 kg aan vleeswaren. Dan voel je wel dat er heel wat gewicht door je handen is gegaan.” Het rittenschema en de bestellijst zijn Leslies leidraad voor de dag. Haar mapje bevat ook de leveringsbons die de klant bij ontvangst van zijn bestelling moet ondertekenen en facturen om af te geven. Daarnaast heeft ze ook een kassa mee voor de bestellingen die onmiddellijk cash betaald worden.
Elke chauffeur heeft zijn – of haar – vaste bedieningszone. Voor Leslie is dat Gent en omstreken. “Ondertussen ken ik die regio als mijn broekzak. Een vaste zone betekent dat je met klanten een band krijgt. Bij warm weer krijg ik vaak een glas water of zelfs een ijsje aangeboden. Toen een van de klanten op de nieuwe locatie van zijn zaak een openingsevent organiseerde, werd ik samen met de top van Dekeyzer-Ossaer uitgenodigd, en dat deed mij ongelooflijk veel plezier.”
Kort na de middag zit Leslies ronde erop. Dan schuift ze nog even achter de pc om het werk van de dag te registreren en neemt ze opnieuw plaats achter het stuur, huiswaarts deze keer.
Veel tijd brengt ze niet door met de collega’s op de thuisbasis, of met de 32 collega-chauffeurs. Sociale contacten legt ze wel tijdens de personeelsevenementen die regelmatig georganiseerd worden. En als haar iets op de lever ligt dan kaart ze dat aan, zodat er samen naar een oplossing gezocht kan worden. De job van beroepschauffeur schrikt misschien bepaalde dames af: kunnen ze het wel aan? Bij Dekeyzer-Ossaer bewijzen ze alleszins hun mannetje te staan. “En we houden van onze job”, vervolgt Leslie. “Sommige vrouwelijke chauffeurs zijn tenger gebouwd of komen uit een totaal andere beroepsomgeving, zoals de zorgsector, en toch lukt het voortreffelijk. Er is veel goede wil van beide kanten, zowel bij de werkgever als bij de werknemer. En waar een wil is, is een weg.” Of er nog nadelen verbonden zijn aan de job? “Als het ijzelt of vriest, ben ik natuurlijk wel extra voorzichtig. Dan ben ik wat langer op de baan. En ik rijd uiteraard niet met een gigantische oplegger, wel met een comfortabele bestelwagen. Ooit is er wel eens iemand tegen mijn bestelwagen aangereden. Gelukkig alleen maar blikschade en administratieve rompslomp maar verder geen erg.” Houden zo!